
Marktwerking in de zorg is de oorzaak van alle problemen. Klopt dat? Soms wel, soms niet, soms een beetje….
“Marktwerking leidt tot een moordende prijsconcurrentie en een race to the bottom in de jeugdhulp!”, zo hoorde ik deze week iemand beweren. Tsja.., is dat nou wel zo?
Uit de Monitor gemeentelijke zorginkoop 2019 blijkt dat bij 70% van de momenteel ingekochte jeugdhulp, de inkoop is gedaan via dialoog gerichte procedures en via het zogenaamde Zeeuwse model. Dat betekent, in het eerste geval, dat de prijs en kwaliteit in onderling overleg en onderhandeling tot stand is gekomen. Bij het Zeeuws model geldt dat gemeenten minimumeisen met een vaste prijs hebben bepaald, waarvoor degenen die dat kunnen waarmaken mogen leveren. In deze gevallen is er zeker sprake van marktwerking en concurrentie, maar die is vooral op kwaliteit gericht. Het leidt niet à priori tot bodemprijzen of een moordende prijsconcurrentie.
Wel zou het in theorie kunnen dat een gemeente te lage prijzen vaststelt, waarvoor de gevraagde producten niet met goed fatsoen te leveren zijn. Als dat zo is, kunnen aanbieders klem komen te zitten. De vraag is dan echter of dat veroorzaakt is door marktwerking. Naar mijn mening niet, omdat de prijs niet via de markt tot stand is gekomen middels een proces van loven en bieden, maar doordat de overheid die niet goed heeft vastgesteld. Sterker nog, bij goede marktwerking was er een hogere prijs uitgekomen, omdat niemand een bod onder de kostprijs zou uitbrengen.
Voor de overige 30% zou het kunnen dat er meer concurrentie is op prijs. Dit zou het geval kunnen zijn als gemeenten offertes hebben uitgevraagd, waarbij ze die alleen op prijs beoordelen. Met andere woorden, wie het laagste biedt, krijgt de opdracht. In theorie zou dit kunnen, maar in de praktijk komt deze variant niet veel voor. Meestal wordt er een aanbesteding gedaan, waarbij meerdere criteria worden beoordeeld, waarbij de prijs er één is. Een offerte kan bijvoorbeeld 100 punten scoren, waarvan er 40 zijn voor de visie en aanpak, 30 voor de ervaring en 30 voor de prijs. In een dergelijk geval telt de prijs zeker mee, is er ook zeker concurrentie, maar is de prijs alleen niet doorslaggevend.
Kortom, hoewel er in de jeugdhulp momenteel best veel problemen zijn, kan volgens mij niet gesteld worden dat die in algemene zin worden veroorzaakt door een moordende prijsconcurrentie als gevolg van marktwerking. Oftewel: fictie!
Meer lezen?
- Marktwerking in de zorg heeft voordelen
- Inkoop lokale zorg
- Budgetplafond voor lokale zorg wel of niet?
Of abonneer hier op de kwartaalnieuwsbrief.