Woningwet en decentralisaties vergen partnerschap van corporaties en gemeenten

Op 1 juli is de nieuwe Woningwet in werking getreden en een halfjaar daarvoor zijn de decentralisaties van de zorg (Wmo en Jeugdwet) naar de gemeenten van start gegaan. De verschillende wetten zorgen op veel punten voor andere verhoudingen in het sociale domein. Zowel voor de gemeenten, als voor de woningcorporaties betekenen dit grote uitdagingen. Bij het oplossen van die uitdagingen hebben ze elkaar nodig. Onderstaand een opsomming van zeven raakvlakken tussen Woningwet en decentralisaties waar, naar mijn mening, van beide kanten een inspanning nodig is, om het elkaar gemakkelijker te maken, maar bovenal om de bewoners beter van dienst te kunnen zijn.

– Corporaties mogen volgens de nieuwe wet max. 125 Euro per woning aan leefbaarheid uitgeven. Dit betekent in de meeste gemeenten dat de uitgaven aan leefbaarheid door corporaties afneemt. Gemeenten moeten zich daar bewust van zijn en hun eigen beleid afstemmen op deze mogelijke verschraling.

– Gemeenten moeten volgens de Woningwet prestatieafspraken maken met woningcorporaties, waarbij wonen en zorg verplicht één van de onderwerpen is. Om dit goed te kunnen doen en een volwaardige gesprekspartner te kunnen zijn, dienen gemeenten hun kennisniveau ten aanzien van het onderwerp wonen mogelijk wat op te poetsen.

– Gemeentelijke sociale wijkteams klagen zo nu en dan dat ze veel te laat van de woningcorporatie horen dat er een ontruiming komt, waardoor schuldhulpverlening te laat komt en problematiek drastisch vergroot. Betere afstemming is dan nodig.

– Woningcorporaties moeten meer inhoudelijke kennis hebben van zorgproblematiek en daar ook bij geholpen worden. Een demente bejaarde heeft een andere soort omgeving nodig dan een ex-drugsverslaafde. Klachten bij woningcorporaties nemen momenteel toe als gevolg van “spanningen”, veroorzaakt door de groep die nu langer zelfstandig moet blijven wonen.

– De nieuwe Woningwet versterkt de positie van huurders. In de eerste plaats ligt er een opgave voor corporaties om de participatie te verhogen, maar ook gemeenten moeten huurders betrekken bij het maken van de prestatie-afspraken. Voor beide ligt er de uitdaging om een goede representatie te organiseren, waarbij alle soorten huurders, leeftijden en achtergronden vertegenwoordigd zijn.

– De mogelijkheden voor woningcorporaties om posities in maatschappelijk vastgoed te hebben wordt fors gereduceerd. Tegelijkertijd komen zorginstellingen ook met een overschot aan zorgvastgoed te zitten als gevolg van het feit dat mensen langer zelfstandig moeten blijven wonen. Gemeenten zullen hun beleid ten aanzien van maatschappelijk vastgoed in overleg met zowel de corporatie- als de zorgsector hierop aan moeten passen.

– Woningcorporaties zijn verplicht mee te werken, indien de bewoners van tenminste 5 huurwoningen gezamenlijk een wooncoöperatie op willen richten. Juist vanuit de “eigen kracht”-gedachte van de Wmo en het streven om mensen langer zelfstandig te laten wonen, liggen hier interessante ontwikkelmogelijkheden op het raakvlak tussen wonen en zorg.

woningwet en decentralisaties

 

 / Reacties uitgeschakeld voor Woningwet en decentralisaties vergen partnerschap van corporaties en gemeenten  / in Geen categorie

Comments are closed.